Planten bloeien in de zomer en worden in de winter blootgesteld aan minder licht, kortere dagen, droge, verwarmde lucht en een koud huis. Naarmate hun groeigewoonten veranderen, moeten we ze ook anders gaan verzorgen. Om je planten zo goed mogelijk te verzorgen hebben we 7 handige tips voor je op een rijtje gezet.
1. Minder water in de winter en meer in de zomer
Planten hebben in de winter minder water nodig en in de zomer net even wat meer. Een belangrijke oorzaak dat veel planten doodgaan, is omdat we ze te veel water geven. De luchtruimten in de grond raken verstikt door het water. De wortels van de planten hebben evenveel lucht als water en voedingsstoffen nodig. Controleer voordat je de gieter pakt even of de grond nog vochtig genoeg is. De grond moet ongeveer tot 5cm diep droog zijn en dus niet alleen aan de oppervlakte. Geef ruim water en laat het te veel aan water uit de bodem van de pot in een opvangbak lopen. Laat de pot niet in het water staan.
2. Bijvoeding in de zomer, niet in de winter
Planten zijn in de winter inactief en hebben daarom geen kunstmatige bijvoeding nodig.
3. Laat het daglicht naar binnen schijnen en houd de planten schoon
Als er weinig licht op de planten schijnt, moet je de bladeren goed schoonhouden. Stof vermindert het licht dat op de plant schijnt, terwijl dat wel nodig is voor fotosynthese dat de plant voedt. Hier laten we je zien hoe je planten kunt schoonhouden:
Gebruik een doek en schoon warm water of zet de hele plant onder de douche. Dit is een goede manier om ongedierte zoals bladluizen, wolluis, kalkaanslag en spintmijten te verwijderen. Probeer ook de bruine en de dode bladeren te verwijderen om zo te voorkomen dat de plant ziek kan worden.
Houd je ramen schoon om zoveel mogelijk licht, zonneschijn en warmte binnen te kunnen laten. Als de zon in de herfst van noord naar zuid draait, verandert het licht dat door de ramen naar binnen schijnt ook.
Verplaats je planten zodat ze de maximale hoeveelheid licht en warmte kunnen ontvangen.
Houd de planten uit de buurt van verwarming, roosters, tocht en koude ramen.
4. Verhoog de vochtigheid
Om droge binnenlucht tegen te gaan, kun je stenen of kiezels op schoteltjes met water leggen. Zorg ervoor dat de bodem van de pot het water niet raakt of in het water staat. Groepeer planten zodat er meer luchtvochtigheid ontstaat of laat een luchtbevochtiger of een verdamper het werk doen.
5. Bereid je voor op de lente
In februari zorgt het langer worden van de dagen voor nieuwe groei van je kamerplanten. Je binnentuin heeft dan meer water en ook wat organische mest nodig. Blijf controleren op vochtigheid en bemest op halve sterkte. Naarmate de dagen langer en warmer worden, moeten de hoeveelheden water en kunstmest natuurlijk worden verhoogd.
6. Snijd oude groeiresten weg
Aan het einde van de winter is het ook tijd om je grote kamerplanten te snoeien. De planten hebben door het lage winterlicht waarschijnlijk een uitgroei aan de onderkant en door dit weg te snijden, kun je nieuwe groei stimuleren.
7. Ververs de potgrond
Haal de plant uit de pot, snoei de kluit en zet de plant dan in een schone pot van dezelfde grootte met nieuwe potgrond terug. Als de kluit echt flink is gegroeid breek de kluit dan en zet de plant dan in een pot van 2,5cm tot 5cm groter terug.
Je kamerplanten zullen in huis geweldig groeien, zolang je maar de juiste plant voor de juiste ruimte koopt. Probeer geen plant, die veel zonlicht nodig heeft, in een donkere kamer te kweken en zet planten, die schaduw nodig hebben, niet in de volle zon.
Laat een reactie achter